Lagos – Ponta da Piedade
We halen ons anker op en varen de haven van Lagos in. We worden direct hartelijk ontvangen met koffie aan boord op de Luna Verde. We socializen gezellig een aantal dagen met hen en ze hebben een goed adresje voor heerlijke verse Portugese vis. We laten ons de gegrilde sardientjes in Tasca da Lota goed smaken. We timen het goed; na ons ontstaat er een flinke wachtrij van locals en toeristen. Mijn schipper kan zich hier weer eens verlustigen aan een uitgebreide en goed geoutilleerde watersportzaak. Hij monteert hier de watermaker verder af tot gebruiksklaar voor vertrek naar Madeira en de Canarische eilanden. Dan kan hij, zo nodig, nog finetunen op de Canarische Eilanden als er iets ontbreekt/ hapert. Ook krijgen we een koolstoffilter in de waterleiding voor de kraan; nu smaakt onze thee niet meer naar chloor, een hele verbetering 😊 De sensor van het wateralarm onder de vlonders bij het motorruim blijkt stuk; deze repareert hij. Het gepiep van de zoemer bij de kombuis blijft op gezette tijden afgaan om onduidelijke reden. We kopen voor de zekerheid een nieuwe buzzer en dan houdt het geluid (zonder te installeren) op. Ik draai hier de was en de Pingo Doce is op 2 min. loopafstand, de Lidl is iets verder (8 min), maar foerageerplaatsen zijn er ruim voldoende. Het treinstation ligt naast de Marina. Goede plaats om de boot hier over een paar weken, even, achter te laten en ook goed uitgangspunt om te vertrekken naar Madeira daarna. We komen in een vakantie-vibe hier. Het is zonnig, warm en volop toeristen rond de haven en het gezellige stadje. Luna Verde vertrekt naar Madeira / Canarische Eilanden en wij verplaatsen ons naar buiten. Het is heet! We gaan vakantievieren hier: zo’n 3 weken toerlezjoeren, aan de Portugese zuidkust, de Algarve; chillen, zwemmen en ankeren, alvorens we ‘even’ naar NL vliegen voor een bruiloft, Feestje! 😊
Allereerst voor anker in de baai van Lagos zelf; Baia de Lagos. We maken een dinghy-ride met onze Minoris naar de Ponte da Piedade. Mooie grillige rotsformaties van geërodeerde kalk-/zandsteen in allerlei aardtinten van geel tot rood. Voor anker kunnen we ook genieten van onze (gas)BBQ aan de railing; een Magma, wat we dan ook graag en veelvuldig doen.
De volgende stap is Portimao, waar we ons anker droppen achter de oostelijke pier bij Ferragudo. Het waait 20 kn in de namiddag, dus we blijven liever aan boord om zeker te weten dat ons anker houdt. We bewaren goede herinneringen aan ons bezoek hier aan de Aveline in januari 2017. Daags erop verkennen we het charmante vissersplaatsje Ferragudo en laten we ons de lunch goed smaken.
Dachten we voor anker te gaan bij Albufeira, zijn we het na 1 uur al spuugzat. De Jetstream ‘Dream’ boten scheuren hier met 15 tot 50 toeristen rondom de Minor en laten een partij van golven achter waar je u tegen zegt ☹ We vluchten naar binnen. Ook daar kan het ons niet bekoren; een complex a la Port Zeelande met omringende bars en restaurants, verder weg van het stadje. In het stadje ontdekken we wel, eerlijk is eerlijk, een goed Indiaas restaurant. Vilamoura laten we letterlijk links liggen, we willen naar Olhao. De kustlijn veranderd geleidelijk aan van mooie hogere grillige rotsformaties naar laagland, een soort van waddengebied. Het is het Parque National da Ria Formosa. Bij Cabo de Santa Maria varen we, net na LW, op de slack, het waddengebied in. We gaan voor anker achter Ilha Da Culatra. Van hieruit kunnen we met vloed, over de platen, met de Minoris naar Olhao (spreek uit als: Oh-le-ow). Hier begint het vakantieleven echt; het is zonnig en warm: zwemmen bij het opstaan, tussendoor plonzen om af te koelen, chillen, lezen, BBQ aansteken en met de Minoris op pad. De dagen rijgen zich aaneen als de kralen aan een ketting. We wandelen langs het strand van Ilha Culatra, naar de vuurtoren Farol, lunchen ‘met de voetjes in het zand’ bij een van de vele vis-strandtentjes of scheuren ’s avonds nog even terug. Lijkt een beetje op de Carieb 😊 Uiteraard ontbreekt een bezoek aan Olhao niet. Het stadje met haar beroemde en geroemde Mercado, 2 roodstenen markthallen, met de eerste een keur aan vis en de andere voor idem dito groenten is bijzonder en gezellig. We trekken onze dinghy de kant op (lang leve de 2 achterwieltjes) verder weg bij de publieke visserskade. Dinghy afmeerplaatsen zijn schaars in Portugal. Voordeel is wel dat we, hierdoor, langs de ‘Continente’ komen, een ruim gesorteerde supermarkt. De terugweg is niet de short cut; de lunch was te kort of het getij te laat. We varen via de betonde vaargeul, zo’n 3 mijl om, terug naar de Minor.
De laatste avond voor ons vertrek worden we uitgenodigd voor een ‘apero’ op de JestX (B) bij Erik & Inge. Ook zij hebben de tijd en genieten van het cruisersleven. Het is gezellig en we gaan ze vast nog wel weer zien.
Anker op en via dezelfde uitgang koers gezet naar Tavira. De uitgang bij Fuseta is slechts bevaarbaar met lokale kennis. Ook hier is het nog de Ria Formosa. We plannen 2 uur voor HW / hoog water met voldoende diepgang de bar (drempel) van 40 cm over te gaan. Hier liggen slechts lokale (zeil)bootjes voor anker en een enkele vreemde eend zoals wij. We gaan bakboord uit bij Quatro Aguas en schuiven een beetje op naar de vaargeul om voldoende water onder de kiel te houden. Er passeren ons slechts lokale vissers en de reguliere, kleine, ferry. We hebben geen last van elkaar. We liggen midden voor het werkgebied van de ‘clam’vissers. Zwaar werk volgens ons, ze staan met gewone kleding urenlang in de modder de schelpbedden te verschuiven en te rapen bij LW. We varen met de Minoris de ondiepe rivier op naar Tavira, de rio Gilao. Tavira is een mooi, oud, gezellig, toeristisch stadje, we mogen langszij een lokale visser aanleggen en kunnen de benen strekken. Dat is ook goed voor mijn lief; het is in zijn rug geschoten en loopt ‘ een beetje scheef’.
Van hieruit is het nog slechts 10 mijl naar de grensrivier met Spanje; de Guadiana. We willen naar Ayamonte (S), maar daar is geen plaats voor ons. Een klein stukje terug naar buiten kunnen we de Porto De Recreio Do Guadiana indraaien van Vila Real de Santo Antonio (P). We worden keurig opgevangen en geholpen bij het aanleggen met de stroom op de rivier. Hij staat op de kont en dat is altijd lastig. Na zo’n 2 weken voornamelijk ankeren is het tijd om schoon schip te maken. De Minor wordt van buiten en binnen gesopt. Terwijl mijn schipper de olie ververst ga ik naar de Lavanderia. Ga ook hier naar de Cabeleireiros; de kapper zogezegd. Ik tref het; ze is een Engelse, dus we kunnen communiceren 😊
Uiteraard wordt het, aardige, stadje bezocht en eten we er een prima visje. We laten ons met de veerpont voor 2.10 p.p. overzetten naar Ayamonte en bezoeken daar de Mercado en het oude centrum met volop terrasjes en reuring.
We hebben de meest oostelijke bestemming bereikt en varen weer, langzaam aan, terug naar Lagos. Het is hier veel motoren aan de Algarve, weinig wind en als die er staat is het vaak in een ‘trekgat’ van de rivier, zo’n 15-20 kn. welke ontstaat in de loop van de middag en die aanhoudt tot ~ 21.00 uur.
We duiken Cabo de Santa Maria weer in en gooien ons anker uit achter Ilha do Farol op de splitsing naar Faro. Het is 1 uur voor HW en we hebben zo’n 4,5 kn stroom mee. Ook dat is ’s morgens te merken bij het zwemmen met het opstaan; het wordt geen rondje boot, maar vasthouden aan de lijn van de Minoris 😉
Van hieruit gaan we weer terug naar Ferragudo voor anker, kunnen we daar goed timen om Alvor aan te lopen met opkomend water. Het is een soort van wetland-gebied. Eindelijk kunnen we weer eens zeilen. Je zou haast vergeten dat het een ZEILboot is hier!
Net na LW/ laag water varen we de ingang van Alvor in en laten ons anker daar net achter vallen. Veel dieper gaan we het wetland niet in, daarachter is het al aardig druk en weinig zwaairuimte. We houden 1.80 m onder de kiel. Als we goed en wel liggen trekt het wolkendek dicht en is zwemmen niet aantrekkelijk meer. De wind draait naar NW en zet, wederom, weer door. Het wordt zelfs frisjes zodat we binnen eten. Daags erop door de vaargeul met de Minoris naar Alvor, een leuk en authentiek stadje. We lunchen er en gaan eenmaal terug bij de Minor anker op en buiten liggen voor het strand. Dat voelt stukken beter als aan lager wal voor de ‘blokkendam’. Hier is een mooi lang strand met mooie kleurschakeringen van de Atlantische oceaan. We zwemmen er heerlijk zonder veel stroom en varen met de Minoris het strand op, een wandeling over het strand en boardwalk breng ons zo terug naar Alvor. Verder is het liming (being unproductive) hier zoals de Trini’s zeggen in de Carieb 😊
Morgen weer terug naar Lagos, 4 mijl oostwaarts. Gaan we de Minor prepareren en achterlaten voor 1 weekje NL i.v.m. een bruiloft 😊 Daarna op naar Madeira en de Canarische Eilanden