syMinor

Vakantie 2016 groot rondje Kanaal

Vrijdagavond 15 juli is het zover we hebben 4 weken zomervakantie. We zijn er klaar voor. De boot ligt er goed bij en is gestuwd met fourage en drank. Ons kan niets gebeuren waar we ook uitkomen 🙂

Hierbij even wat nautische highlights van het afgelopen jaar:
De afgelopen winter is er weer veel geklust aan de boot. De schipper heeft de kajuit gestript alvorens te schuren en te lakken en daarna van nieuwe LED-verlichting voorzien. Alle kussens zijn opnieuw bekleed. Na een zoektocht voor de juiste stof heeft mijn privénaaister zich erop geworpen en het resultaat mag er zijn 🙂 Ook zijn 2 nieuwe voorzeilen aangeschaft (genua en high aspect) en… op de valreep nog een nieuwe radar gekocht. De schipper testte deze 2 weken van tevoren “nog even” en de radardome bleek volledig gecorrodeerd. Na 17 jaar trouwe dienst heeft het weinig zin om die nog te repareren. Dus toch nog maar “effe” naar Dien Boone om radar en dan ook nu met plotter en kaartjes te installeren. Onder het motto van “het kost wat, maar dan heb je ook wat”. En zonder radar wordt ik niet echt blij, dus daar marchanderen we niet mee.

In het najaar van 2015 is in de haven (WSV Herkingen) ons nieuwe havenkantoor en clubgebouw opgeleverd en geopend. Met vereende krachten zijn er naast de professionele aanpak vele zelfwerkzaamheden door diverse leden verricht. Het was gezellig, goed voor de saamhorigheid en het resultaat mag er zijn. We genieten nu vanuit “t Krabbennest” van het mooie uitzicht over de Grevelingen bij het happy hour en.. als het kan van het terras. Hebben een groot tv scherm voor evenementen en een mooie dansvloer 🙂

Het voorjaar was dan wel wisselvallig, maar wij hebben het getroffen in de meivakantie. Het was schitterend (zeil)weer. Samen met opstappers Hans en Marion hebben we de Aveline uitgeleide gedaan tot Breskens. Ze gaan ons (tijdelijk) verlaten en worden vertrekkers op weg naar het warme zuiden (www.syAveline.nl). We zullen brother Jack en zijn lief missen en dan is hij ook nog mijn kaartmaat 🙂

De laatste werkdag wordt mijn schipper gebeld door brother Averell welke kampt met motorproblemen. Ze zijn hun 1e vakantiedag weer omgedraaid, terug naar de haven en balen. Samen gaan de schippers ’s zaterdags aan de slag met alles door te meten en het euvel wordt gevonden en gerepareerd. Ons zusterchip “de Spirit of Ahra” kan haar vakantie weer hervatten.

Route vakantie 2016

Om 14.30 uur maken we onze trossen los en gaat de Minor zonder oponthoudt door de sluis van Bru en onder de Zeelandbrug door.
We gaan voor anker voorbij Zierikzee net achter een verhoging op de Roggenplaat. Het wordt onze 1e vakantie barbecue in een mooie zonsondergang. We wanen ons alleen , maar dat is slechts van korte duur. Tja zo’n idyllisch plekje trekt anderen aan. Het liefst wilden ze precies naast ons liggen, maar besluiten gelukkig toch maar opnieuw een ankerpoging enkele meters verderop te doen.

Op zondagmorgen gaan we door de Roompotsluis en al motorzeilend hoog aan de wind langs de Belgische kust tegen de matige SW in (Bf 2/3). De temperatuur is prima en het is halfbewolkt. Voorbij Oostende gaat het wachtschema in en mag ik als eerste de zeekooi in. De schipper neemt Calais voor zijn rekening, erg fijn. In mijn wacht bij Duinkerken valt de motor stil. We dachten afgetankt te zijn en dat blijkt niet het geval. Gelukkig is het euvel snel opgelost. We hebben de stroom mee bij Cap Griz Nez en steken de shipping lane over ter hoogte van Boulogne. De weersverwachting geeft de komende 2 dagen matige oostelijke winden aan en daar willen we van profiteren om zover mogelijk West te komen. Het blijft vooralsnog motoren en besluiten een tankstop te maken in Brighton. We gaan direct weer verder en stug door met motoren 🙂 Het is een zonnige warme dag en wat maakt het uit: 6 dagen zeer lichte winden, waarvan 48 uur dobberen en dan géén motor aan mogen zetten, op de oceaan, is lastiger.
Dinsdagnacht 3.15 uur,voorbij Wight kan de motor uit en zeilen we lekker voor de wind met een E 15/17 kn. In de ochtend varen we melkmeisje en om 13.30 uur zetten we de parasailor. Het zeilen is weer een goede work-out; we gebruiken weer alle spieren. Moeten maar weer langere tochten maken, is goed voor ons lijf. Het is hier al heet op de boot, dat moet aan land wel heftig zijn. Om 17.00 uur kakt de wind helemaal in en tuigen we af. Toch mooi 14 uur gezeild. We gaan op de motor de laatste 10 mijl naar Dartmouth. De wind draait naar het noorden en het wordt heiig en fris. De weersvoorspelling geeft voor morgen een sterke SW 5-6 mogelijk 7 met onweer. Daar gaan we niet tegenin hakken. We zijn wel benieuwd naar Salcombe, maar daar kan je slechts aan een mooring liggen en om nou in de Minoris (bijbootje) zeiknat te worden, dat trekt ons niet. Dan kiezen we voor de luxe van een Marina en het leuke idyllische plaatsje bekend van de opnames van de “Onedin- Line” (voor de ouderen onder ons 🙂 )
Roompot – Darthmouth: 303 mijl in 56 uur gevaren (van zondag 12.00 uur tot dinsdag 20.00 uur)

Cape Griz Nez


Dartmouth

Route SW Engeland

In Dartmouth lig je een stukje de rivier op en is het moeilijk te meten, maar de SW 5-6 lijkt uit te blijven en wordt het een mooie zomerse dag. We liggen bij Kingswear en steken met de ferry over naar Dartmouth om door het stadje te struinen.
Daags erna vertrekken we toch naar Salcombe, we denken te zeilen, maar besluiten later de motor bij te zetten. We moeten over the bar, een drempel, met voldoende water onder de kiel. We worden dubbel aan een mooring gelegd door de harbour master met zicht op een alleraardigst kneuterig stadje. Het oogt als een vakantieomgeving met veel kleine bootjes, zandstranden en luxe huizen tegen de heuvels aan geplakt. We gaan met de Minoris naar de kant, het leuke dorpje heeft wel een hoog “Valkenburg”-gehalte.

Salcombe

’s Ochtend als we willen vertrekken realiseren we ons dat dat niet zomaar kan. We liggen inmiddels met zijn drieën aan een mooring en wij liggen in het midden. De beide buren zijn allebei “even” naar de kant in hun dinghy en wij kunnen er wel achter tussen uit varen, maar… dan klappen zij op elkaar. Gelukkig komen onze Engelse buren snel terug en maken we los; op naar Falmouth. Het wordt motorsailen, hoog aan de wind tegen een zwakke W 2-3 Bf.

In Falmouth blijven we een dagje liggen en vermaken ons met sightseeing Falmouth. We kopen een Ierse pilot en een gastenvlaggetje in de hoop dat het weer de komende week ons gunstig gezind wordt voor Ierland en/of the Scilly’s. Voorlopig nog niet en besluiten we, ondanks de drizzle en rain, om toch ’s zondags naar Helford River te varen, het is slechts 4 mijl verderop.

Hier wordt het droog en we gaan met de Minoris naar de kant naar Helford Passage en daar wandelen we naar Trebah Garden met mooi doorkijkjes op de rivier. De entree voor de tuin vinden we aardig ( 9 pond p.p.) en we laten die voor wat het is; We herinneren ons de bijzonder mooie Tresco Garden op the Scilly’s. Deze kant van de rivier is druk met dagjesmensen uit.
Weer aan boord verplaatsen we het barbecuevlees naar de pan binnen; er staat een frisse wind in de kuip.
De volgende morgen verkennen we het dorpje Helford zelf aan de zuidkant van de rivier. Het ligt meer verscholen tussen de bomen, is meer een gehucht maar lieflijk met de witte huizen en rieten daken.

Helford river

We maken ons los van de mooring en zeilen met ruime/ halve wind naar Fowey. Hier is het druk en de moorings liggen (te) kort bij elkaar om vrij van elkaar te kunnen zwaaien. We vinden een plaatsje aan een losse pontoon. We trakteren ons zelf op uit eten en het wordt een slapstick film v.w.b. de bediening. Kennelijk heeft een kind de tafelnummering verruild (losse stenen) en raken ze zelf volkomen gedesoriënteerd i.p.v. dat ze het herstellen 🙂
In Fowey varen we met de Minoris de rivier op tot Golant en wandelen we naar St. Carherine’s Castle. Het is bewolkt en af en toe drizzle. De weersvoorspelling blijft voorlopig W tot SW 4-5 en we besluiten om over te steken naar de Franse kust. Je moet je niet vastpinnen op doelen maar meebuigen met het weer, dan zeil je lekker ontspannen. So bye bye Scilly’s en Ierland, komt nog wel eens… ooit 🙂

Fowey

We zullen zien waar we uitkomen aan de Frans kust. Om 6.00 uur zetten we koers op 180 graden, in een rechte lijn naar het zuiden, 100 mijl naar L’Aberwac’h. We lopen als een speer bij een W 4-5, halve wind en ruim 7 kn. We zetten een rif in het grootzeil bij 20 kn. om de helling te reduceren, het doet niets af aan de snelheid. Ik ben in mijn wacht druk in de weer met een tanker en 2 vissers als 2 dolfijnen me komen helpen, dat geeft support 🙂 Later ontstaat er een vervelende kruiszee; de golven staan schuin op de swell en ik voel me niet echt super in deze klotsenbak en duik snel plat. Het “voordeel” hier is dat je 2x een shipping lane hebt, maar ook de dolfijnen komen voor een 2e keer terug 🙂 Na 15 uur lopen we L’Aberwrac’h binnen en zijn we moe en voldaan.

Route N-Bretagne

Verder aan de Franse kant zwerven we als de vagabond sur mer en genieten we als God in Frankrijk van de goede dingen van het leven met i.h.a. lichte winden. Het is geen stabiel ankerweer i.v.m. wisselvalligheid en dagen van slechter weer SW 5-6 met uitschieters 7. Deze dagen brengen ons dan ook regen en/of drizzle (L’Aberwrac’h en St. Cast le Guildo).
We proberen nieuwe havens aan te doen en naast Salcombe en Helford River lukt dat hier aan de Franse kant met Roscoff (sinds 2013) en Saint Cast le Guildo (sinds 2009).
Maar eerst besluit mijn schipper om een short cut te nemen bij het uitvaren van L’Aberwrac’h. Onverwacht en onaangekondigd draait hij voor de Oost Kardinale boei “Petit Pot de Beurre” stuurboord af en in een koers van 349 graden tussen de rotsen en swell door. Zijn motivatie: “De kans deed zich zo ineens voor” en het scheelt 5 mijl.

In Roscoff halen we de fietsjes onder het bed uit en verkennen het leuke oude Bretonse plaatsje en bekijken het petangespel vanachter een pintje.
In het ons bekende Lezardrieux verenigen we het nuttige met het aangename en genieten we, buiten op het terras, wederom van huitres et moules.
Saint Cast le Guildo krijgt van de Reeds terecht 3 blommen, ankertjes en faciliteiten. Het is een mooie badplaats, groot strand en een uitgebreide Marina.


Roscoff

Saint Cast le Guildo


Route Channel Islands

Het hoogtepunt is echter Iles Chausey. Hier wilden we al eerder naar toe, maar het moet dan wel ankerweer zijn.
Vanuit Saint Cast le Guildo hebben we een goede uitgangspositie; de haven is 24/7 bereikbaar en dus zonder de beperkingen van een lock zoals St. Malo en/of Granville.
Het is slechts 20 mijl dus we kunnen er ook op tijd aankomen. We komen ’s middags aan net op laag water en het is springtij. We kunnen een mooring oppikken voor en achter ons en liggen.. aan de grond 🙂 Onze franse achterburen helpen ons met de lijnen uitleggen, anders hadden we dat met de Minoris gedaan.
Veel moorings zijn er niet meer vrij en alle bootjes liggen als 2 ketens/ treintjes relatief dicht naast elkaar (en zwieren nu nog niet).

We gaan naar de kant en mijn schipper is zo stoer om alleen de Minoris omhoog te sjouwen over een slipway van pakweg 40 meter lang. De slipway is (gelukkig) ook zo smal (2.50 m) dat ik niet kan helpen en wieltjes zijn hierbij dus essentieel: 12 m. verval ! Een goede work-out voor hem.


……na 6 uur!












Iles Chausey

Het eiland, met een 100-tal bewoners, leeft van visserij en toerisme; er komt een ferry (alleen bij laag water) en er staan wat gites in de verhuur.
We lopen het eiland rond met mooi zicht op alle rotsen en droogvallende delen. Het heeft meer weg van The Scilly’s (in miniatuur) als de Kanaaleilanden doordat je steeds de afwisseling hebt van land- en waterpartijen.
In het enige restaurant trakteren we ons op een fruit de mer, welke goed voorzien is van zowel kreeft als krab. Bij het teruglopen ziet het er weer geheel anders uit. Het wordt hoog water. De stroom staat recht tegen de wind in en de terugrit met de Minoris is een ware rodeotocht. We worden zeiknat en zout. De doorvaart ligt NW-SE en ook op de Minor blijven we genieten van een rodeohobbel De doorzettende stroom maakt het wegvaren in de morgen redelijk uitdagend. We nemen de noordelijke doorvaart met hoog water over het droogvallend deel van het eiland. Ik vertouw op mijn schipper zijn navigatiekunst en alles gaat goed 🙂
Buiten Iles Chausey is de koers hoog aan de wind (SW 4) om vrij te blijven van de SW punt van Jersey en dan kunnen we iets afvallen en comfortabeler verder zeilen.

In Guernsey blijven we 1 nacht buiten liggen om de volgende morgen door te gaan naar Cherbourg. Het blijkt motoren te zijn in één grote klotsenbak. Er staat amper wind en de stroom laat alles schudden en trillen. Aangekomen in Cherbourg genieten we van het mooie weer en lamballen wat. We blijven een dagje liggen in afwachting van wind; we willen niet alles terug motoren.

route terugkomst

Op zondag vertrekken we uit Cherbourg met als bestemming Oostende.
In tegenstelling tot de weersvoorspelling is het aanvankelijk (5,5 uur) motoren. We krijgen wel de voorspelde drizzle met bijbehorende foggy patches. Daarna klaar het gelukkig op en kunnen we onder zeil; high aspect en grootzeil. Vanaf 20.00 uur gaat ons wachtsysteem in en zetten we 1 rif in het grootzeil. Ik geniet in mijn 1e wacht van 23.00 – 02.00 uur van een stralende sterrenhemel en oefen met mijn app de sterrenpositie real time. De zee bouwt geleidelijk aan op met deze voorspelde SW 5-6 en als ik weer uit bed kom is de high aspect ook gereefd. In mijn 2e wacht is de bootsnelheid opgelopen tot 11 kn. en uitschieters 13 kn. door het water. Ik moet mijn schipper (even) uit bed roepen. Het is nog donker en ik krijg een groene ton (Ophelie t.h.v. Boulogne) niet gepeild op 1,5 mijl afstand. Dit omdat de Minor een koersspreiding heeft van 20 graden door forse schuivers welke ze maakt met deze snelheid in het water. Bij Calais neemt hij het weer over en varen we boven de Vlaamse banken door. De parasailor blijft ongebruikt binnen liggen en de laatste uren, t.h.v. Duinkerken, valt de wind weg.
Cherbourg – Oostende: Totaal 194 mijl in 32 uur, waarvan 154.5 mijl in 24 hr.

In Oostende doen we ons weer te goed aan de Belse geneugtes van het leven (prepare, gebakjes van Gheijsen, garnaalkroketjes en tong) om af te kicken en ons psychologisch voor te bereiden op het naderend einde van de vakantie. Via Breskens sluiten we ons aan in het konvooi naar Middelburg. De Roompot is net niet bezeild en de stroom op de Westerschelde loopt ongunstig; errug vroeg of laat. Het is een regendag. We voegen ons weer in Harken socializen en maken schoon schip.

We hebben onze accu weer opgeladen en kunnen nagenieten van een fijne vakantie.

Fact & Figures:
• ±1000 Mijlen
• 108 motoruren
• 19 vaardagen

Translate »